Niet te hopen dat de spectaculaire juwelenroof uit het Louvre de genadeklap voor de 5 decemberviering betekent. Het laatste geheim van de heilige Nicolaas onthuld! Niet één pakje maar de hele pakjesavond uitgepakt. Door gemeen toeval. Veroorzaakt door een stelletje inbrekers dat geen boodschap heeft aan spitsvondigheden dat ‘moreel’ rijmt op ‘pronkjuweel en ‘geschift’ op ‘verhuislift’. Terwijl in Parijs de Franse grandeur vanwege de acht buitgemaakte sieraden even ver te zoeken was, schokte mij vooral de logistieke ongerijmdheid van de diefstal. De nevenschade zou wel eens groter kunnen zijn dan de buit, bedacht ik. Hier stond het voortbestaan van het Sinterklaasfeest op het spel.
Inbraak, op z’n ouderwetst. Ruitje intikken, rap naar binnen, de poet pakken en wegwezen. Een dergelijke roof zou elke schrijver van misdaadromans op niet-malse kritiek hebben komen te staan. Te cliché. Te gewoon voor woorden. Daar win je de Gouden Strop niet mee. Zo hadden de inbrekers zich niet via een geheime tunnel naar de rijk vergulde galerij in het Louvre gegraven. Om de koninklijke collectie uit de vitrines op te halen. Evenmin was gekozen voor een modieuze plofkraak. Om zich zo door de glazen piramide bij de ingang van het museum een weg te banen. Hoe dan wel?
De boeven hadden een alledaagse verhuiswagen mét goederenlift onder de Apollo-galerij – het beoogde plaats delict – geparkeerd en doodgemoedereerd de straat afgezet met pionnen. Vervolgens waren ze, gekleed in gele hesjes en staand op het platform van de verhuislift, omhooggestuwd naar een raam op de tweede verdieping van het museum. Met een slijptol het raam ‘openen’ was een fluitje van een cent. Na gedane arbeid klommen de niet-erkende verhuizers naar binnen, braken twee vitrines open en gristen negen juwelen weg. Om vervolgens langs dezelfde weg naar buiten te komen en er op twee draaiende motoren vandoor te gaan. Nagestaard door enkele verbaasde voorbijgangers. Al bij al toch wel een haastklus. Dat de retirade iets minder gesmeerd verliep dan voorzien, kwam door de alarmbellen. Die gingen eerder af dan berekend waardoor de met 1354 diamanten bezette en met 56 smaragden ingelegde kroon van keizerin Eugénie uit de boodschappentas rolde.
Op klaarlichte dag, enkele minuten voordat de suppoosten hun plaatsen hadden ingenomen, werd het Louvre, ooit de officiële residentie van de Franse koningen, de risee van de natie. Niet voor de eerste keer. In 1911 werd de Mona Lisa gestolen. Gelukkig werd het schilderij twee jaar later teruggevonden in Florence doordat de dief had geprobeerd het meesterwerk van Leonardo da Vinci te verkopen. Wat bij een schilderij niet kan, lukt wel bij een tiara, halsketting of armband. De nachtmerrie van elke diamantair dat de kleinoden uit elkaar worden genomen om de herkomst van het kostbare erfgoed te verdonkeremanen, zal zeker ook op het Élysée slapeloze nachten veroorzaken.
Ladderliften of verhuisliften zijn er om een scala aan goederen naar hogere of lagere verdiepingen te tillen. Het tart de verbeelding of de ontwerper van een lange ladder met een platform ook het transport van bijouterieën en edelgesteenten voor ogen heeft gezweefd. Hoe onbedoeld ook, het toont in ieder geval aan hoe veelzijdig dit logistieke hulpmiddel is. De ambachtelijke toepassing ervan mag overigens niet verhullen dat de artistieke waarde zero is. De halsketting van keizerin Eugènie, oorbellen van prinses Marie-Louise en een set bijpassende sieraden, ontworpen in dezelfde stijl en gemaakt van hetzelfde materiaal, zijn van historische waarde. Moeilijk in geld uit te drukken. Doen we dat toch dan worden de oneigenlijk gecollectioneerde ‘glimmers’ geschat op 88 miljoen euro.
Toch was er tegelijk iets geks aan de hand. Nadat de Mona Lisa was gestolen, stonden er lange rijen voor het Louvre. Het publiek stroomde massaal toe om te komen kijken naar een kale plek op de muur waar het schilderij van de dame met de mysterieuze glimlach had gehangen. Van dat fenomeen was na de actuele roof geen sprake. Een veel gehoorde verklaring is dat Eugènie niet de echtgenote was van de eerste Napoleon. Of zelfs maar de tweede. Maar slechts van de derde keizer met die naam. Een devaluerend aspect, in historische zin, ongetwijfeld.
Maar ik bevroed andere krachten waarvan de werking wijst in de richting van Sint-Nicolaas. Aanhangers van de bisschop zijn niet alleen in Nederland en België te vinden maar ook in het noorden van Frankrijk, de Elzas en Lotharingen. Weliswaar doet de Sint zijn blijde tocht in dat deel van zijn diocees niet op een schimmel maar op een ezeltje. Wat trouwens, behalve bevestiging van de nederigheid van het sinterklaasambt, wel eens de motor zou kunnen zijn voor een slimme publicitaire demping van, wat ik gemakshalve, de Louvre-affaire zou willen noemen. Het er gewoon niet over hebben. Vooral niet het mechaniek der misdaad centraal stellen maar de diamanten.
Want wat werkelijk in geding is, betreft de elevatie van de goedheiligman met behulp van een seculiere goederenlift. Eeuwenlang hebben de ‘lieve kinderen’ het rijden over de ‘hoge, hoge daken’ voor zoete koek geslikt. Kon gewoon. Op een enkel ketters kind na. Wiens ongeloof, ter wille van de goede zaak, door gard of zak werd gesmoord. Voor de rest vroeg niemand hoe de bisschop met paard en personeel in hemelsnaam op het dak was gekomen. Helaas!
Door de gotspe van die verhuislift bij het Louvre is dat geheim op straat komen te liggen. Weet niet wat de kinderen nog moeten geloven. Straks vragen ze nog of die man op dek van de stoomboot die aanmeert in de haven van Texel wel écht is. Ziet er zo heel anders uit dan die in het Sinterklaasjournaal of in het winkelcentrum. En ‘papa, die meneer daarboven, bij dat raam, waarom heeft hij geen mijter op? En waar is z’n paard?’ Leg dan maar ’s uit dat die brave borst een glazenwasser is en geen beunende bisschop.
Zou, als ik jullie was, het rijmwoordenboek er maar vast bij pakken. Om straks op pakjesavond met gloedvolle poëzie het ongerijmde kloppend te maken.
‘Sinterklaas, is geen inbreker
Die in Parijs, daar bij dat raam,
was een vreemdeling, zeker,
met gewis een heel andere naam’.
Waarschuwing: het woord ‘lift’ vermijden. Ook al rijmt het nog zo mooi op ‘gift’.
Casper Jansen