Gaan met die banaan

Of James Bond bananen lustte? Ik vraag ’t me af. Denk dat ie die kromme gele vrucht ordinair vond. En dientengevolge de ‘Banana Royal’ een burgerlijk allegaartje van vanilleroomijs, banaan, advocaat en chocoladesaus. Een aantrekkelijke verklaring zou kunnen zijn dat de banaan symbool staat oor onprettige en onverwachte ervaringen. En daar hebben agenten met een dubbele nul voor hun nummer natuurlijk een broertje dood aan.

Geen banaan dus. Wat niet wil zeggen dat daarmee het ‘James Bond-kookboek’ is gesloten. Het filmpubliek is meer vertrouwd met een James Bond van de lekkere drankjes dan om zijn eetgewoonten. In de bioscoop zien we hem een keer mosselsoep eten, een canapé met kaviaar bestellen of een Japans liflafje tot zich nemen, maar in ‘zijn’ boeken is dat wel anders. Daarin laat de Britse spion zich de gepocheerde tarbot, een exquis kogelvisfiletje en gestoomde steenkrab goed smaken.

Net zomin zegt hij ‘nee’ tegen geroosterde parelhoen of rosbief op toast, overgoten met béarnaisesaus. Ook een sandwich met ham versmaadt hij niet mits ruim bestreken met mosterd. Voor James geen Schijf van Vijf, zoveel is duidelijk.
Men zou kunnen beweren dat dit culinaire pleisters zijn op de wonden die hij oploopt bij het bestrijden van kwaad en onrecht in de wereld.

Voor zijn verdedigingsmechanisme, gestoeld op het besef dat zijn eigen toetreding tot het geweldsspectrum, hoe nobel die ook mag zijn ter wille van volk en vaderland, vroeg of laat onherroepelijk zijn doen en laten zal corrumperen, zoekt hij houvast bij een verfijnde levensstijl. Een subtiel wapen wanneer we bedenken dat veel mensen deugen maar veel ook niet. Volgens het handboek voor spionnen is voorspelbaar gedrag uit den boze. Te gevaarlijk.

Toch zondigt 007, de ambtenaar met een vergunning om te doden, daartegen met zijn ontbijt. Een strikt ritueel, bestaande uit warme toast, besmeerd met klodders boter, afkomstig van Jerseykoeien, en daarop Noorse heidehoning, vintage marmelade van bittere sinaasappelschillen en jam van bosaardbeitjes. Het bruin gespikkelde eitje van Franse hennen mag de kookduur van exact drie-en-een halve minuut niet overschrijden. Dat eitje pronkt altijd in een porseleinen donkerblauw eierdopje met gouden randje. Dat de zwarte koffie die erbij wordt gedronken, uit de Jamaica komt, vindt zijn oorzaak in de hedonistische bedenker van de spion, die op dat eiland een buitenhuis bezat.

Bedenk verder dat diens eerste spionageromans verschenen in de jaren vijftig toen het verblijf in exotische oorden was voorbehouden aan miljonairs, scheepsmagnaten, operadiva’s, filmacteurs, kunstenaars, bestsellerauteurs en modekoningen die zich in straalvliegtuigen – jetset – boven de wereld bewogen. En eens te meer wordt duidelijk waarom de massa die de naoorlogse schaarste nog dagelijks bij de kruidenier ervoer, graag wilde wegdromen met verhalen waarin de held die mondaine ambiance beschermt door de boeven te vangen die al dat goede der aarde uitsluitend voor zichzelf wensen te reserveren.

Dat die tijd inmiddels veer achter ons ligt, is goed te zien aan de vijfentwintig Bondfilms. Voor wie het wil zien, bieden zij een curieus historisch overzicht, van het begin van de Koude Oorlog tot heden. Ook het cinema-personage: James Bond is ouder geworden. Geen zeventiger weliswaar maar toch zijn houdbaarheidsdatum ras naderend, zo is het gevoelen. Nog gevoed door het feit dat de komende film de laatste zal zijn van de huidige Bondacteur. Laat het maar aan gewiekste producenten van de films over om de verwachtingen omtrent een opvolger te spinnen. Wie wordt de nieuwe Bond? Min of meer een kloon van zijn voorganger(s)? Een gekleurde acteur? Een vrouw misschien? Gissen!

Maar, zoals bijna alles, kan het ook helemaal anders. Ik kwam erop door het beroemde bananenrokje van Joséphine Baker, de Amerikaans-Franse danseres, zangeres én spion. In de ‘wilde jaren twintig’ van de vorige eeuw maakte zij in Frankrijk furore met een soort Afrikaanse jungledans, gekleed in weinig meer dan een bananenschillenrokje dat de overgang markeerde van haar benen die ongeveer tot aan de wolken leken te reiken, en haar net niet naakte bovenlijf, onder een ondeugend uitdagende blik. Een opwindend schouwspel, naar verluidt.

Beroemd als ze dan is, mag zij na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, van de Duitse bezetter in Frankrijk blijven optreden. Haar bewegingsvrijheid gebruikt ze om informatie voor de Geallieerden te verzamelen; gecodeerde berichten voor het Franse verzet vervoert zij in haar lingerie of schrijft ze tussen de teksten van haar chansons. Zij was een leeftijdgenoot van de geestelijke vader van James Bond en scheelt vijftien jaar met diens schepping. Geen onoverkomelijke kloof om Joséphine samen met James op missie te sturen.

Dat zou een terugkeer naar de jaren vijftig betekenen, de era van de eerste Bondfilms. Wat mij betreft, een opmaat voor een aantal remakes die meer recht doen aan de boeken, dan louter het hanteren van suggestieve titels. Op basis van de twaalf boeken en een aantal korte verhalen blijven we dan, minimaal, de komende kwart eeuw, verzekerd van een ‘ouderwetse’ Bond. Zoals we misschien ook wel een revival gaan meemaken van aanvoerketens gebaseerd op een Europese maakindustrie met korte, flexibele ketens en dito leadtimes. Gaan met die banaan.

Gaat dat zien die nieuwe Bond!

Casper Jansen

 

Photo by Mike Dorner on Unsplash

Gerelateerde blogs

Bekijk alle blogs