Multimodale combinatie met meerwaarde

Het zit de vliegbranche niet mee. Eerst het gedoe over de handelswijze van die ordinaire prijsvechters, vervolgens volop commotie over de geplande uitbreiding van Schiphol, daarna het klimaat dat het vervoer door de lucht steeds minder welgezind is en toen kwamen de rijen wachtenden op Schiphol die als beloning voor hun morrend geduld ook nog eens een verdrievoudiging van de vliegtaks aangezegd kregen.

En dan zijn er nog (kamikaze)drones. Zien eruit als speelgoedvliegtuigjes en zo klinken ze ook, met dat braaf brommende tweetaktmotortje. Maar wat ze kunnen en doen, is verre van kinderachtig. Zo heeft het toch al gedeukte imago van de vliegerij er weer een buts bij. Is dit inlijven van drones in de luchtvrachtsector eerlijk? Nee, niet helemaal. Ook treinen, schepen en vrachtauto’s vervoeren dingen waarmee steden kapot en mensen dood kunnen worden gemaakt. Het persoonlijke is politiek. Logistiek ook. Of wij, van logistieke ketens, dat nu leuk vinden of niet.

Het transporteren van mensen en goederen door de lucht is niet zo populair meer. Men probeert de schade te beperken door toestellen aan te schaffen die stiller en schoner zijn, en vooral groter waardoor met minder vliegen toch meer passagiers kunnen worden vervoerd. Investeringen die met de tijd mee gaan. Het komt dan nogal pietepeuterig over door met rekensommetjes te ageren tegen de vliegtaks of die belasting in het frame te persen van een partijtje pesten van vakantievierders. Immers, de toeslag slag drukt verhoudingsgewijs zwaarder op kortere dan op langere vluchten. En dat is niet eerlijk, vinden ze in luchtvaartkringen.

Het argument dat die onevenredigheid juist het boeken van verre vakantiebestemmingen stimuleert, klinkt bekommerd maar zweemt tegelijk naar een aanmoediging tot een wel zeer subtiele vorm van belastingontduiking.
De redenering van de regering daarentegen is dat wie naar de Oktoberfeesten in München wil, elanden wenst te spotten boven Stockholm of genieten op een muziekfestival in Hongarije, voor dergelijke uitjes net zo goed in een vervoermiddel met een lichtere ecologische voetafdruk kan stappen.

Verder vraag ik me werkelijk af of de vliegerij er verstandig aan doet om zich te verliezen in rekensommetjes over percentages schone brandstof in de kerosine en verlaging van het aantal decibellen. Daarenboven verliezen dergelijke pogingen om het naar beneden bijgestelde plafond van maximaal 450.000 vliegbewegingen te invalideren, aan geloofwaardigheid door tegelijk uitbreiding elders te bewerkstelligen.

In plaats van zo’n ‘vlucht naar voren’ zou ik graag zien dat er serieus werk wordt gemaakt van intermodaal vervoer. Of nog beter – om te voorkomen dat ik overslag van water op weg bedoel – van multimodaal passagierstransport. Doe eens een denkexercitie en plak voor het gemak op een passagier het etiket: laadeenheid. Moet je zien wat er gebeurt. Opeens liggen vliegtuig, auto en trein in elkaars verlengde. Bij het reizen met een cruiseschip is het immers al heel gewoon om eerst in het vliegtuig te stappen alvorens bij een ander deel van ’s werelds kusten carnavallend verder te gaan.

De meeste kans van slagen zit ‘m in het logistieke perspectief waarbij meer transportmodaliteiten met elkaar verknoopt worden. Door een innig samengaan van air & rail bijvoorbeeld. Wie van onze nationale luchthaven en de bezoekende vliegmaatschappijen gezonde en duurzame – en crisisbestendige – bedrijven wil maken, kiest voor een hub waar de trein het enige logische vervoermiddel wordt van en naar Wenen, Brussel, Parijs en Londen. De verbindingen zijn er al en functioneren doorgaans prima. Al zijn verbeteringen, zoals de trip naar Berlijn, welkom.

De uitdaging van de nieuwe ‘air & rail’-maatschappijen is om alle hoofdsteden in de Europese Unie makkelijk multimodaal bereikbaar te maken. En dat is is meer dan het opkopen van een regionaal luchthaventje. De integratie van lucht en spoor – die zeker de gratie van de bedrijfskleding van het treinpersoneel ten goede zal komen – valt of staat evenwel bij de prijs van het treinkaartje. Veel te hoog om op de middellange en lange afstanden te kunnen concurreren met ‘lekker snel overal overheen vliegen’. Daarom stel ik voor om de revenuen van de vliegtaks te gebruiken voor het goedkoper maken van de combinatie: trein-vliegtuig. Een duurzame combinatie met toekomst.

Casper Jansen

 

Photo by Sead Dzambegovic on Unsplash

Gerelateerde blogs

Bekijk alle blogs

Overtuigd? Of heeft u nog vragen waar we in geloven als ketenversnellers. In de nieuwsbrief krijgt u antwoorden en blikken we vooruit wat ons beweegt.

In Suppleye vindt u alles over de laatste trends en ontwikkelingen in de vorm van artikelen, columns, handige checklists en nog veel meer. Welke categorie is voor u interessant? Als u niks wilt missen, meld u dan aan voor de nieuwsbrief of volg ons op LinkedIn.

Inschrijven