Splijt de woestijn! (deel 1 van 3)

Feuilleton over het ontstaan van het Suezkanaal

De zee splijten, was al eens gedaan. Maar een woestijn nog niet. Het werd de landengte van Suez, in veel opzichten een historische plek.

Toen na afloop van het banket op de Franse ambassade in Cairo bleek dat er zilveren lepels en vorken waren verdwenen, ontzenuwde de gastheer subtiel het gerucht dat de Pasja van Egypte het bestek in zijn zak had gestoken. Het zou de vriendschap tussen de zelfbenoemde onderkoning van Egypte en de Franse diplomaat bijzonder hecht maken. Na het vertrek van Napoleon had de voormalige Albanese huurling zich opgewerkt tot sterke man in het land van de Nijl.

Toen hij de bestuurlijke elite in Egypte, na eerst door hem te zijn gefêteerd met een copieuze maaltijd, tijdens de port en sigaren uit de weg had geruimd, was er niets en niemand meer geweest die zijn positie in het Ottomaanse Rijk nog kon betwisten.

Toen later, de Pasja de begeleiding van zijn puberzoon toevertrouwde aan de zoon van een Franse ambassadeur, keek niemand daar vreemd van op. De reden was dat de Pasja zijn zoon veel te dik vond en dat diens postuur, met het oog op een te vestigen dynastie, een zwakke indruk zou maken. De Egyptische Said en de Franse Ferdinand zouden vrienden worden voor het leven; mogelijk mede doordat Ferdinand zijn pupil regelmatig trakteerde op een bordje pasta, een gerecht dat niet bekend staat vanwege zijn lage calorische waarde.

Dat Ferdinand de neef was van een gravin wier dochter keizerin van Frankrijk zou worden, was eveneens zo’n toevalligheid op het pad van de diplomatenzoon. Maar vooralsnog wezen zijn, toch niet alledaagse, relaties niet vooruit naar een man die vol ongeduld liep te ijsberen in de wachtkamer van de geschiedenis. Want na een weinig kleurrijke loopbaan in de diplomatieke dienst sleet hij zijn leven als ambteloos burger en beheerder van de landgoederen van zijn schoonmoeder. Dat leventje veranderde toen Said, in zijn hoedanigheid van kersverse pasja, hem een uitnodiging stuurde. De ‘vrienden’ bespraken hoe Egypte het best kon worden aangesloten op de Europese moderniteit die zich in sneltreinvaart ontwikkelde. Zij zagen veel in een kanaal, als middel om het land van Said in één machtige zwaai naar het centrum van de wereld te katapulteren. En Ferdinand de Lesseps ging de kar trekken.

Wordt vervolgd…


Het Suezkanaal (Qanâ el Suweis) is een 193 km lang kanaal in de Landengte van Suez in Egypte, geopend in 1869. Het kanaal heeft geen sluizen omdat er geen hoogteverschil overwonnen hoeft te worden. Het kanaal bestaat uit een noordelijk deel en een zuidelijk deel, die door de Bittermeren met elkaar worden verbonden. Naar schatting 12 procent van de wereldhandel komt door dit kanaal; dagelijks wordt er voor bijna 10 miljard dollar aan goederen doorheen vervoerd. De toltarieven kunnen voor grote containerschepen of supertankers oplopen tot een half miljoen dollar per passage. Egypte heeft in 2020 voor 5,61 miljard dollar (4,61 miljard euro) aan tolinkomsten opgehaald.

Photo by Rafik Wahba on Unsplash

Gerelateerde blogs

Bekijk alle blogs

Overtuigd? Of heeft u nog vragen waar we in geloven als ketenversnellers. In de nieuwsbrief krijgt u antwoorden en blikken we vooruit wat ons beweegt.

In Suppleye vindt u alles over de laatste trends en ontwikkelingen in de vorm van artikelen, columns, handige checklists en nog veel meer. Welke categorie is voor u interessant? Als u niks wilt missen, meld u dan aan voor de nieuwsbrief of volg ons op LinkedIn.

Inschrijven