Door Europa
Een trein waarin je kon slapen en eten. De zoon van een Belgische bankier zag het in Amerika en vond […]
Verhalen over het ontstaan van de wereld zijn er te kust en te keur. Volgens het narratief waarmee ik het meest vertrouwd ben, werd de wereld geschapen in zes dagen. Toen de klus was geklaard, zag de Schepper ‘dat het goed was’ en gaf er een klap op. Die managementuitdrukking was in evolutionaire kringen zo populair dat er gesproken werd over de Big Bang. Al wil zo’n aanstekelijke metafoor over het begin van alles nog niet zeggen dat het ook waar is.
Volgens sommigen zou die zogenaamde oerknal niet veel harder hebben geklonken dan een confettipistool. Zelfs een natte scheet is geopperd. Een discutabel akkoordenschema derhalve. Trouwens, voor die laatste theorie wordt in supply chain kringen vaak de neus opgehaald. En inderdaad, voor wie altijd dacht dat met de wording van de wereld tegelijk het uurwerk van de tijd – waardoor Adam en Eva precies wisten hoe laat het was – een geweldige slinger kreeg, is het wel even slikken.
Wat kan mij dat schelen, hoor ik jullie zeggen, in het Paradijs was alles voor handen. Aan de poort hoefden geen pakketjes te worden afgeleverd. Was het zo gebleven, dan waren wij, ontwerpers van soepel draaiende ketens, zelfs een overbodige beroepsgroep geweest. Gelukkig was er toen dat gedoe met die appel waardoor Adam en Eva gewoon de eerste consumenten werden. Met enige fantasie zou je dus kunnen zeggen dat met de overdracht van die appel van de ene persoon naar de andere als het ware de eerste transportketen werd geschapen.
Over het portee van die handeling is het nodige gezegd en geschreven. Maar niet over hoeveel tijd ermee gemoeid was. ‘Hier, asjeblieft!’ En dat is niet zomaar een paskwil van een gedachte want tijd, wat is dat eigenlijk? Bestaat tijd überhaupt? Of is tijd simpelweg een afspraak. Een indeling in twee maal twee tijdvakjes. Een horloge? Een kookwekker. Onzichtbare teugels om te voorkomen dat we een beetje gaan zitten niksen. Tijd als dwangbuis. Interessante vraag dus: tijd bestaat dat?
Zo was er een Griekse filosoof die dacht van niet. Volgens hem was wat we tijd noemen, niets anders was dan een aaneenrijging van momenten. Hij vergeleek het met het afschieten van een pijl. We denken beweging te zien maar in werkelijkheid zijn het evenzovele punten van stilstand. Stippels op een rijtje. En die andere Griek van ‘alles stroomt’ bedoelde eigenlijk hetzelfde. ‘Twee keer in dezelfde rivier stappen, gaat nu eenmaal niet. Hij had gelijk.
Laten we het eens proberen met vakantie. Is dat een periode die zich aan ons voordoet als een extensie van de werktijd ervoor en erna – plannen, afspraken, deadline, beloftes, voornemens, scrollen – zodat we met het organiseren van onze vrije tijd gewoon doen wat we elke dag doen. Of is vakantie een serie momenten tijdens welke we onszelf overhevelen naar een andere dimensie. Een tijdzone waarin lummelen en dommelen het vervelende van het alledaagse vervangen heeft. En we opeens snappen dat niet het nietsdoen verspilde tijd is maar juist het niet doen uiteindelijk een verspild leven oplevert.
Neem de tijd voor vakantie en denk er af en toe ’s over na wat de mooiste tijd van je leven zou kunnen zijn. En geef er dan een klap op!
Fijne vakantie!
Casper Jansen