Winnie-de-Poeh en de Hemelse Vrede

Nog een hele zit, zo’n volkscongres. En maar klappen. Zou me niks verbazen als er voor de slotdag zalfjes zijn uitgedeeld om de handpalmen in klatercondities te brengen. Traditiegetrouw wordt de laatste dag afgesloten door de Grote Bons. Het congres bevestigde unaniem dat hij voortaan zal regeren, zonder breidel van zijn daden noch bekorting van zijn functieduur. De toekomst van natie en persoon eenmaal gesynchroniseerd, restte de vraag wat hij er zelf van vond. Hoe lang zou hij speechen en vooral waarover. Van beide elementen hing immers het aantal toejuichingen af. Gelukkig voor de zittenblijvers – neem ik gemakshalve aan – was zijn spreekbeurt kort en krachtig. Zestien minuten. Die tijd benutte hij om uiteen te zetten dat de geschiedenis ‘de fakkel van de opbouw van een sterk land en realisatie van nationale wederopstanding aan onze generatie heeft gegeven’.

Fakkels, altijd eng. Omineus zelfs wanneer machthebbers uit historische feiten hun persoonlijke mening gaan fabriceren. Het verheldert misschien de legitimatiedoelstelling maar de verleden tijd vertroebelt het des te meer.

Een beetje rond plonzend in de geschiedenis van China stuitte ik op de Achtste en tevens laatste dynastie die bekleed was met Het Hemelse Mandaat. Een wijds begrip dat circa tweeduizend jaar geleden door Confucius was verengd tot de morele orde, bepaald door de kosmos. Op dat postulaat viel weinig op af te dingen, vonden alle keizers nadien. En het lijkt erop dat de huidige machthebber van China dat ook vindt. Al zijn er altijd azijnpissers die vinden dat vervanging van de Hemel door de omnipotente communistische partij een wel zeer aardse uitleg is van wat uit de 431.286 woorden van Confucius kan worden gedistilleerd.

Maar goed, de Achtste – of Mantsjoe Dynastie kwam aan de macht in 1644 en ging ten onder in 1912. Binnen een eeuw telde dat rijk circa 15 miljoen inwoners en werd zo’n beetje heel Centraal-Azië door Chinezen beheerd en beheerst. In het noorden Mongolië en Korea. In het westen Kirgizië en Kazachstan. Wat verklaart waarom momenteel nog steeds nazaten van deze nomadische stammen in het westen van China te vinden zijn. In het zuiden verliep de Chinese opmars toentertijd van Tibet en Taiwan naar het zuiden tot aan Nepal, Thailand en Vietnam.

Maar toen verschenen de Europeanen met hun wensen en eisen waarop de verwende en conservatieve keizers niet in staat waren adequaat te reageren. De Opiumoorlogen met Groot-Brittannië vormden de nekslag voor een keizerlijke heerschappij die 2132 jaar had geduurd.

Mao, de stichter van communistisch China, was geen fijnzinnig type. In zijn boerenkiel ging hij als een Kung Fu Panda zo te keer dat zijn Culturele Revolutie mislukte en door zijn toedoen de Chinese samenleving sprongen achteruit maakte. Doordat het nabije verleden helaas minder glorieus verliep dan het begon, is het aannemelijk dat de nieuw aangetreden ‘grote roerganger’ met zijn oproep tot wederopstanding niet zozeer het communistisch land van zijn voorganger bedoelde als wel de periode toen China regeerde over landen en de oceanen: de eerste helft van de Achtste Dynastie, inclusief het bijbehorend imperialistisme. Dit verklaart tevens de voorspelling van een hoge functionaris, gedaan na afloop van het congres, dat ons op het wereldtoneel ‘stevige stormen en woelige wateren’ te wachten staan.

De droom van XI past helaas in een traditie. Weliswaar altijd eindigend in een nachtmerrie. Maar niet voordat er eerst veel akeligs is gebeurd.

Er wordt gefluisterd dat Winnie-de-Poeh in China in de ban is gedaan omdat de snuiten van de beer en XI Jinping een opvallende gelijkenis met elkaar vertonen. En dat terwijl ‘met de stroom mee bewegen’ en ‘minder forceren’ – kenmerkend voor de filosofie van de beer ‘met een klein beetje verstand’ – best Taoïstisch genoemd mogen worden. Chinees dus, eigenlijk. In plaats van te klappen bij nationalistische retoriek en angstaanjagende beelden van hoge baren op de wereldzeeën, had ik de leden van het volkscongres daarom graag een dialoog tussen Knorretje en Winnie-de-Poeh voorgehouden:

Knorretje: ‘Stel dat er een boom omvalt. Poeh, als wij eronder staan?’

Poeh: ‘Stel dat het niet zou gebeuren!’.

Dit antwoord stelde Knorretje helemaal gerust, weten we.

Dus stel dat XI Jinping die wijsheid in zijn toespraak had verwerkt, hoe ovationeel zou het applaus dan wel niet hebben geklonken. Niet alleen op maar ook in de zeer wijde omtrek van het Plein van de Hemelse Vrede.

Casper Jansen

 

Photo by Vidar Nordli-Mathisen on Unsplash

Gerelateerde blogs

Bekijk alle blogs

Overtuigd? Of heeft u nog vragen waar we in geloven als ketenversnellers. In de nieuwsbrief krijgt u antwoorden en blikken we vooruit wat ons beweegt.

In Suppleye vindt u alles over de laatste trends en ontwikkelingen in de vorm van artikelen, columns, handige checklists en nog veel meer. Welke categorie is voor u interessant? Als u niks wilt missen, meld u dan aan voor de nieuwsbrief of volg ons op LinkedIn.

Inschrijven