Zeg het met trends

‘We leven in interessante tijden’. Een non-observatie als je mij vraagt. Want je zegt er helemaal niks mee. Gekwaak. Elke tijd is interessant. Wat niet wil zeggen, dat elk moment ook altijd leuk is. Laten we het erop houden dat dagen, weken, maanden, perioden, markant genoeg kunnen zij om opgemerkt te worden en er korter of langer bij stil te staan. Wat op zichzelf dan weer een aardige paradox is: stilstaan bij de tijd. ‘We leven in paradoxale tijden’, dan? Tja, zegt eigenlijk ook niet zoveel.

Bij het in de smiezen krijgen van de signalen die door de tijd heen worden afgegeven is het spotten van trends dé manier om de tijdgeest op de staart te trappen. Soms resulterend in coole inzichten, soms uitdraaiend op noties die schouderophalend worden afgedaan. Wat helpt is een goed ontwikkelde sensitiviteit – noem het voor mijn part intuïtie – om data op hun juiste waarde te schatten en vervolgens in hun juiste verband te plaatsen.

Vooral modieuze ontwikkelingen kunnen heel misleidend zijn. Ik moet opeens denken aan chocoladesaus op de frieten. Japanners doen dat. Zou een cacaodressing in Nederland kans van slagen hebben? Bij mij thuis sta ik niet bekend om mijn groot frituurverlangen. Mij uitgegeven als autoriteit op het gebied van frietkotten of specifieker, de trends in additionele zoete en zure papjes over in olie gebakken aardappel, doe ik dus maar niet. Echter, afgaande op de variëteit waaraan doorgewinterde frietdopers hun smaakpapillen regelmatig en roekeloos blootstellen, valt een schuchtere ‘voorspelling’ niet uit te sluiten. Of is die er al? En in welke vorm dan? Als mengsel van zout en hagelslag? Of liquide, in de smaaksensaties: Azteek of IJsbonbon? Frietje Chocodip.

Kernvraag bij trendspotting is wat de effecten van individuele keuzes voor het collectief zijn? De vaccinatiediscussie illustreert dat: wat is de impact van mijn persoonlijke keuze op de samenleving als geheel. Maar ook trivialere. Weer een antieke graansoort of herontdekte bes in de yoghurt, sap of muesli. Gaan we door met voor elke vergeten banaan een Gorilla te laten opdraven? Of verruilen we opzichtige consumptie voor aspirerende consumptie? Zal groen de dominante kleur in onze gedachten zijn behalve in november wanneer het ‘we houden van oranje’ effe prima is? Leren we nog dat bij o – micron de klemtoon op de ‘i’ hoort te liggen en niet op ‘on’. Taaltrend.

Gelukkig confronteren niet alle trends ons met dergelijke existentiële dilemma’s. Alhoewel, ik hoef maar aan ‘klimaat’ te denken of er staat een fietskoerier op de drempel van mijn geweten om me een Doos van Pandora te overhandigen, tot de rand gevuld met stikstof, fossiel, suiker, smeltwater, pandemie en nog zo wat kommer en kwel. Allemaal woorden waarin zoveel betekenissen liggen opgesloten dat de neiging ontstaat die doos direct leeg te kieperen en de inhoud ongezien buiten de deur zetten, in de regen. Behalve het laatste woordje dat op de bodem bleef plakken: hoop.

Struisvogelpolitiek, natuurlijk want woorden doen ertoe. Woorden zetten ketens van betekenis in beweging of stoppen ze. Woorden schrijven geschiedenis of herschrijven haar. Woorden schakelen met andere woorden en vormen zo andere ketens. Iedereen kent Julia’s bewering dat wanneer we de roos een andere naam zouden geven dat die roos nog even lekker zou ruiken’. Dat zou Shakespeare niet meer zeggen. De woorden die we uitspreken, de merken die we communiceren, kunnen van de een op de andere dag een ander lading krijgen. Dan stinkt de roos of ruikt die zelfs nog lekkerder. Of ontstaat er een dubbele betekenis. Zoals bij prikspijt. Voor wie door corona op de IC (ook zo’n veranderd begrip) is komen te liggen, betekent het zoiets als ‘op het nippertje’ en voor wie fervent tegen vaccineren is een waarschuwing voor een andersoortig nippertje. Gooi het maar in m’n pet, zou mijn opa zeggen. Woorden kunnen verheffen. Woorden kunnen iemand eigenwaarde de bodem inslaan. Woorden kunnen wroeten en verwoesten. Woorden zijn nooit vrijblijvend.

Let dus goed op welke woorden u in de mond neemt. Niet vanwege zelfcensuur maar om preciezer, effectiever, uit de hoek te komen. Zeg nooit: ‘daar zijn geen woorden voor’. Die zijn er altijd. Kwestie van zorgvuldigheid, soms fatsoen of hoop. Lees en luister ‘We Climb the Hill’ van Amanda Gorman er nog maar eens op na.

Een kleine bloemlezing van trendy woorden om voor op te passen treft u hierbij aan. Mijn persoonlijke keuze dus u bent gewaarschuwd. Ik bedoel maar!

Doe maar niet meer
Sorry. Onderliggend lijden. Sorry. Zoönose. Elan. Pandemische paraatheid. Spannend. Confluentie. Mars. Iets met G.
Hoeveel kost die Rembrandt, eigenlijk?
Dit houden we scherp in de gaten!
Ben ik helemaal klaar mee.

Popiejopie
Insluiting. Taxonomisch. Overdrive-economie. Mars. Actierelationisme. Reset. Mama Appelsap. Hyperboliseren Iets met G.
Waar ligt Dakar dit jaar?
Waarom die ‘distributiedozen’ niet stapelen?
Na het einde van elke pandemie ontstaat altijd euforie.

Blijvertje
Flitsbezorging. Darkstoresoverlast. Containercongestie. Nieuwe Zijderoute. Plastic soep. Mars. Groenterestaurant. Hyperinflatie. Iets met G.
Wat voor samenleving willen we?
Weet u dat wel zeker?
Ik ben erg op mijn eigen vrijheid gesteld. En u toch ook zeker op de uwe? Nou, dan zijn we het toch eens! Of….oneens?

Ik voorspel een eloquent vervolg van dit jaar. Let op mijn woorden.

Casper Jansen

 

Photo by Andreas Fickl on Unsplash

Gerelateerde blogs

Bekijk alle blogs